Boomkruiper (Certhia brachydactyla)
Deze kleine vogel behoort tot de orde van de zangvogels. Hij wordt 10 tot 12 cm groot en weegt zo’n 10 gram. De boomkruiper heeft een bruin gestreept vederkleed, een roomwitte buik en een fijn, sterk gebogen snaveltje. Met zijn relatief lange staart zet hij zich af om tegen de boom te klimmen. Hij voedt zich met kleine insecten die hij tussen de schors of op het mos van bomen vindt.
Orde: Passeriformes (zangvogels)
Familie: Certhiidae
Geslacht: Certhia
Klimmer
Typisch voor de boomkruiper is dat hij tegen de boom opklimt met opgeheven kop. Hij wordt vaak verward met de boomklever. Deze laatste klimt zowel langs een boomstam omlaag als omhoog. Boomkruipers klimmen echter enkel omhoog en vliegen in een spiraal naar beneden. De boomkruiper maakt meestal zijn nest achter loshangende stukken boomschors, in spleten of houtstapels. Het vrouwtje legt er vervolgens haar eieren in (5 tot 6 per broedsel). Boomkruipers nestelen van april tot juni en de broedtijd duurt gemiddeld 15 dagen. Ze maken tot 2 nesten per jaar. Boomkruipers blijven het ganse jaar door in België.
